Een gehandicapt meisje overlijdt door een val. De begeleidster van het meisje is aansprakelijk voor het overlijden. De ouders van het meisje verlenen een deel van de zorg. Hiervoor is een PGB beschikbaar. Door het overlijden, eindigt de zorgovereenkomst tussen ouders en kind en het PGB. Daarmee verdwijnt een deel van het inkomen van de ouders. De ouders vragen een vergoeding voor deze kosten.

Voor het vervoer van het meisje is een elektrische rolstoelbakfiets beschikbaar. De zorgverlener vergeet de rolstoel goed vast te zetten in de bakfiets. Hierdoor valt het meisje uit de bakfiets. Vijf dagen na de val overlijdt het meisje. Door het overlijden eindigt de zorgovereenkomst tussen ouders en kind. Hierdoor verliezen de ouders een (groot) deel van hun inkomen.

Overlijdensschade: begrafeniskosten en levensonderhoud

Bij het overlijden van een persoon betaalt de aansprakelijke partij een vergoeding voor overlijdensschade. Overlijdensschade bestaat uit een vergoeding voor begrafeniskosten en een vergoeding voor levensonderhoud dat wegvalt. In deze procedure beoordeelt de rechter of een gehandicapt meisje door middel van een PGB voorziet in het levensonderhoud van haar ouders.

Wegvallen inkomen uit PGB door overlijden familielid

PGB als inkomen van zorg verlenende ouders

De wet geeft nabestaanden recht op de vergoeding van begrafeniskosten en vergoeding van weggevallen levensonderhoud. De ouders verlenen betaalde zorg aan hun dochter. Door het overlijden valt dit inkomen weg. De rechter beoordeelt of er sprake is van een situatie waarin het gehandicapte meisje voorziet in het levensonderhoud van haar ouders. De rechter oordeelt dat het inkomen van de ouders niet gezien kan worden als een bijdrage in de huishouding van de dochter:

“Het gaat hier naar het oordeel van de rechtbank dan ook in de kern om weggevallen inkomsten van de ouders en niet om een weggevallen bijdrage in de huishouding van dochter.”

De ouders onderscheiden zich volgens de rechter niet van de andere hulpverleners:

“Hun positie is daarbij zakelijk gezien niet anders dan die van de andere hulpverleners bij wie zorg voor dochter werd ingekocht, ook al gaat het om hun eigen dochter die met hen samenwoonde en die zorg nodig had.”

Smartengeld vordering overleden slachtoffer

Een smartengeldclaim is een deel van de erfenis als de overleden persoon voor het overlijden aanspraak maakt op smartengeld. Deze rechtsregel heeft in de praktijk ook nu weer een vreemde werking. In dit geval overlijdt het meisje na 5 dagen. De ouders zijn de wettelijke vertegenwoordigers van het meisje. De ouders vragen na het overlijden om een vergoeding te betalen voor de immateriële schade van het meisje. De rechter wijst de vordering af:

‘Het hoogstpersoonlijke karakter van het recht op smartengeld staat er in beginsel aan in de weg dat een ander dan degene die de (immateriële) schade leed daar aanspraak op maakt, ook niet als rechtsopvolger onder algemene titel. Dat is anders als er ten tijde van het overlijden al sprake was van een vordering, dus als de gerechtigde zelf aanspraak heeft gemaakt op vergoeding van zijn of haar schade, maar dat is hier niet aan de orde.’

Contact

Het bespreken van uw schade geeft u direct inzicht in uw mogelijkheden. Bel naar 0800-4455000 of gebruik het onderstaande contactformulier.

    Uw naam
    Uw telefoonnummer
    Uw e-mailadres

    Bron: rechtspraak.nl