In de avondspits stapt een voetganger het fietspad op. Op dat moment wil een fietser een aantal ander fietsers inhalen en er ontstaat een aanrijding. Bij de aanrijding tussen de overstekende voetganger en de fietser loopt de voetganger letselschade op. Het gerechtshof in Amsterdam beoordeelt wie er aansprakelijk is voor de schade van deze aanrijding.

Voorafgaand aan de aanrijding tussen de overstekende voetganger en de fietser maken beide weggebruikers verkeersfouten. Fietser moeten rekening houden met plotseling overstekende voetgangers. Hierbij speelt ook een rol dat het druk was door de avondspits, dat het fietspad smal was en dat de voetganger de fietser waarschijnlijk niet kon zien aankomen. De voetganger stapte het fietspad op om over te steken op een moment dat dit niet kon. Het gerechtshof Amsterdam bepaalt daarom dat beide partijen de helft (50%) van de schade van het verkeersongeval dragen.

Hoe beoordelen we een aanrijding tussen een voetganger en fietser?

Voetgangers en fietsers zijn gelijkwaardige verkeersdeelnemers. Na een aanrijding bekijken we de verkeersfouten die de aanrijding veroorzaakten. In veel gevallen speelt het snelheidsverschil tussen voetgangers en fietsers ook een rol bij de afhandeling. Niet op tijd kunnen stoppen om een aanrijding te voorkomen, betekent dat een fietser te hard rijdt. In veel gevallen draagt de fietser bij een aanrijding met een voetganger daarom in ieder geval een deel van de schade.

Aanrijding overstekende voetganger door fietser, Gerechtshof Amsterdam 19 maart 2024, ECLI:NL:GHAMS:2024:698

Anticiperen op onverwacht en onvoorzichtig overstekende voetgangers

Artikel 19 RVV bevat een belangrijke verkeersregel die in veel letselschade zaken een belangrijke rol speelt. Bestuurders moeten kunnen stoppen binnen de afstand waarover de weg vrij is. Als er een aanrijding ontstaat dan betekent dit dat artikel 19 RVV is overtreden. De verplichting om op tijd tot stilstand te komen, geldt ook als de andere weggebruiker fout zit. Ook als iemand plotseling de weg op loopt, moet de fietser een aanrijding voorkomen:

‘Artikel 19 Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) bepaalt: De bestuurder moet in staat zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is. Die verplichting geldt ook als een voetganger onverwacht of onvoorzichtig het fietspad oversteekt, verkeersgebruikers moeten immers anticiperen op verkeersfouten van andere verkeersdeelnemers.’

Avondspits, smal fietspad en slechte zichtbaarheid

Fietsers moeten rekening houden met voetgangers die zomaar zonder voorrang oversteken. Om de verkeersfout van de fietser te beoordelen, kijkt de rechter naar de omstandigheden tijdens de aanrijding. Het fietspad was smal en het was druk door de avondspits. Dit betekent dat de kans op overstekende voetgangers groot was en dat er weinig uitwijk mogelijkheden waren. Uit de beschikbare informatie blijkt bovendien dat de voetganger en fietser elkaar waarschijnlijk niet konden zien. Dit betekent dat het besluit om in te halen in te halen een bijdrage leverde aan het ontstaan van de aanrijding tussen de overstekende voetganger en de fietser:

‘Een omstandigheid waarmee [appellant] rekening had horen te houden bij de beslissing andere fietsers in te halen en bij het bepalen van zijn snelheid is, dat [appellant] in de avondspits naar huis fietste: hij wist uit ervaring dat het daar op dat moment druk zou zijn. Verder is van belang dat het een smal fietspad was, zonder uitwijkingsmogelijkheid tijdens het inhalen van andere fietsers. Doordat de fietsers die [appellant] links inhaalde zich tussen hem en de galerij bevonden waar [geïntimeerde] stond voordat hij overstak, had [appellant] slecht zicht op die overdekte galerij, zoals [appellant] zelf heeft verklaard. Hieruit volgt naar het oordeel van het hof ook dat [appellant] niet, althans slecht zichtbaar was voor eventuele voetgangers in de galerij.’

Verkeersfout plotseling oversteken

Tegenover de verkeersfouten van de fietser staat de verkeersfout van de voetganger. De voetganger stak het fietspad over op een moment dat dit niet mogelijk was. De voetganger had geen voorrang. De rechter vindt dat beide partijen voor 50% aansprakelijk zijn voor de schade die ontstond bij de aanrijding van de overstekende voetganger door de fietser:

‘Zoals hiervoor overwogen hebben allebei de partijen een verkeersfout gemaakt. [appellant] – kort gezegd – door zijn snelheid op het fietspad onvoldoende aan te passen aan de omstandigheden en [geïntimeerde] – kort gezegd – door het fietspad over te steken op een moment dat dat niet kon. Beide verkeersfouten hebben op gelijke wijze bijgedragen aan het ongeval. De mogelijke schrikreactie van [geïntimeerde] verandert dat niet, zoals hiervoor overwogen.’

Stilstaan op het fietspad door schrikreactie

De fietser verwijt de voetganger dat deze stilstond. Als de voetganger was doorgelopen, had er volgens de fietser geen aanrijding plaatsgevonden. De rechter vindt dat het stilstaan van de voetganger op het fietspad een schrikreactie is waarvoor de fietser verantwoordelijk is. Dat de voetganger niet doorliep, maar stil ging staan midden op het fietspad kan de voetganger daarom niet worden aangerekend.

Gratis juridische bijstand bij letsel

De hulp van een letselschade advocaat is gratis na een aanrijding. Bel naar 0800 – 44 55 000, stuur een e-mail naar info@letselschadespecialist.nl of vul het onderstaande contactformulier in.

    Uw naam
    Uw telefoonnummer
    Uw e-mailadres

    Bron: www.rechtspraak.nl Gerechtshof Amsterdam 19 maart 2024, ECLI:NL:GHAMS:2024:698